Als je een kind zijn boterhammetje ziet eten blijft heel vaak de korst over. Hoezeer je uitlegt dat dit perfect eetbaar is en dat het zelfs lekker is, niets helpt. Nochtans, ze zijn gek op stokbrood, en vooral op het uiteinde, en dan vormen korsten geen belemmering...
Onlangs dacht ik, wat zijn we dom. We snijden de boterham in kleine stukjes, de kleine houdt zijn boterham vast aan de korst en het resultaat: zonder in je eigen vingers te bijten kan je dit laatste stukje misschien wel niet opeten. Op die manier dient de korst als een soort handvat.
Test: geef de kleine een groter stuk boterham zodat hij wel een behoorlijk stuk korst kan opeten zonder de eigen vingers te raken. Om het je visueel voor te stellen: geen stuk met een J-vormige korst maar met een U-vormige korst.
Resultaat: De boterham wordt weer mooi afgegeten en er blijft weer een U-vormige korst over.
Besluit: korsten zijn geen handvatten.
Suggestie: zoek een manier om de korst lekkerder te maken, maar ook weer niet te, anders eten ze niets meer behalve de korst.
maandag, oktober 15, 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten